Plooivlieswaaiertje ( Plicaturopsis crispa )

 

Het plooivlieswaaiertje groeit in bossen en parken op voedselrijke, vochtige bodems op dode stammen en takken van diverse loofbomen en struiken, zoals de berk, beuk, hazelaar en wilde kers.

De zwam heeft schelp- of waaiervormige golvende hoedjes met een doorsnede van 1 tot 2 cm.

De bovenkant ziet er viltig uit met concentrische gebieden die wittig tot oker- of roodbruin zijn gekleurd.

De hoedjes bezitten een gekerfde en ingerolde rand.

Aan de onderkant van de zwam heeft hij geribbelde plooien.

De sporen zijn wit.

Deze zwam breidt zich de laatste tijd explosief uit.

Waarschijnlijk speelt het warmer wordende klimaat een rol.