Bonte of zwart-witte vari's leven aan de oostkust van Madagaskar, een eiland voor de kust van Zuidoost-Afrika. 

Binnen de familie van lemuren zijn bonte vari de grootste in hun soort.

Gemiddeld wegen de vrouwtjes 3,5 kg en de mannetjes 3,4 kg.

Bonte vari's hebben een zeer uiteenlopende vacht.

Meestal hebben ze een zwart gezicht met witte kraag.

De ledematen en staart zijn ook zwart.

Schouder, rug en achterdeel hebben zwarte vlekken, van uiteenlopende groottes.

In plaats van één paar tepels hebben bonte vari's drie paar tepels

Bonte vari's zijn dag- en schemerdieren.

Ze leven in de grotere bomen in het regenwoud.

Tijdens het eten hangen ze, vaak ondersteboven aan hun achterpoten.

Bonte vari's vallen onder de halfapen ook wel lemuren genoemd.

Deze soort is minder geëvalueerd dan de apen en de mensen.

Vruchten, bladeren, zaden en nectar staan op het menu.

Bonte vari’s hebben een zeer snelle vertering, zo snel zelfs dat in twee tot drie uur na het eten van zaden deze alweer uitgescheiden worden. Hierdoor zijn ze dan ook erg belangrijk bij de verspreiding van zaden door het oerwoud.

De grootste bedreiging voor de bonte vari is het steeds kleiner worden van zijn leefgebied doordat mensen de bomen kappen, waarschijnlijk omdat zij de vruchten van grote bomen eten welke vaak als eerste gekapt worden.