De vogel is 40 tot 43 cm lang en weegt 225 tot 290 gram.

Hij heeft een opvallende, opstaande kuif en is groen gekleurd op de kop, nek, borst en mantel.

Dit groen gaat op de rug, stuit en staart van boven naar beneden over in zwart, met een metaalachtige, violet of purperkleurige glans.

De slagpennen zijn karmozijnrood, dit is pas goed te zien als de vogel opvliegt.

De ondersoorten hebben kleine verschillen in de koptekening. 

Het leefgebied bestaat uit goed ontwikkeld bos zoals verouderd secundair bos en riviergeleidend bos of in de buurt van anders soorten waterlopen, meestal in laagland of tot 1100 m boven de zeespiegel.

Toerako's danken hun helder groene kleur aan een unieke kleurstof die koper bevat. 

Buiten de paartijd zoeken deze vogels in groepen naar vruchten.

Zodra er één begint te roepen, volgt de rest met grommende keelklanken.

In de broedtijd verdedigen de paren hun territorium fel.