Groene zandloopkever ( Cicindela campestris )

 

Deze kever heeft lichtgroene dekschilden met ver uit elkaar staande kleine witte tot gele vlekjes.

De onderzijde, het borststuk en de poten zijn kopergroen, en over het hele lichaam is een parelmoerachtige glans aanwezig.

De poten zijn dicht behaard, de kaken zijn geel en de ogen opvallend groot en rond.

Bij warm weer rent de groene zandloopkever haastig over de grond, en om de zoveel meter wordt een stukje gevlogen; het zijn erg goede vliegers.

Zowel de volwassen dieren als de larven jagen op zicht.

Het menu bestaat uit allerlei geleedpotigen, zowel insecten zoals tweevleugeligen en mieren als spinnen; de prooi wordt aan stukjes geknipt en opgezogen nadat er verterings sappen aan zijn toegevoegd.

De kever is te zien van april tot september, het actiefst zijn de diertjes in mei.

Ook de larve leeft van prooien die vanuit een tunneltje gegrepen worden met de kaken, in het tunneltje wordt ook een keer overwinterd.

De habitat van deze soort bestaat uit zandige of venige omgevingen zoals heide, duinen, bosranden en verstuivingen, altijd in open terreinen waar niet veel bomen staan, of ver uit elkaar.