Rapunzelklokje ( Campanula rapunculus )

 

 

Aan de rechtopstaande stengel staan de trechtervormige bloemen van Rapunzelklokje, Campanula rapunculus, in een pluim.

Ze wijzen schuin naar boven.

Hun kleur varieert van licht lila tot lichtblauw en soms naar wit.

De kelkslippen zijn priemvormig.

De langwerpige bladeren staan langs de stengel verspreid.

Als ze plant bloeit ontbreekt de rozet op de bodem die op de vlezige wortelstok staat.

 

De twee- tot meerjarige plant vormt in het eerste jaar een rozet en een wat vlezige wortelstok, die vroeger wel gegeten werd.

In het tweede jaar of daarna ontstaat uit de rozet een rechtopstaande stengel, waaraan in het bovenste deel de bloemen staan.

Tijdens de bloei is er weinig meer van de rozetten te zien; de rozetbladeren zijn wat gekroesd en hebben een steel.

Als je de stengel doorsnijdt zie je dat die gevuld is.

Er komt ook wat wit melksap uit de vaten die in de stengelwand zitten.

Aan de stengel zitten langwerpige tot lancetvormige bladeren.

De rand van het blad is niet gaaf, maar wat gekarteld tot getand.

Na de vruchtzetting sterft de plant.

 

De plant is volledig eetbaar: bladeren, bloemen en wortels.
Oogsten : de wortels worden in de winter, van november tot maart, naar behoefte geoogst.

De bladeren worden het best geplukt tussen april en september.
Kan zowel in de groentetuin als in de siertuin staan.

Gedijt in de zon of halfschaduw.

Het gedijt op koele, goed doorlatende, voedselarme tot matig voedselrijke, losse grond met een neiging tot kalk.
Als je de wortelgroei wilt bevorderen, snij dan de bloemstelen af.
Zaaien in mei.