Adelaarsvaren ( Pteridium aquilinum )

 

De adelaarsvaren is een forse plant die zich vooral vermeerdert door middel van een dikke, zwarte en kruipende wortelstok.

De bladen van de adelaarsvaren staan alleen en zijn vertakt, dubbelgeveerd, soms zelfs drievoudig geveerd.

Als men de bladsteel aan de voet schuin doorsnijdt, ziet men een figuur dat op twee adelaars lijkt.

Hieraan dankt de soort zijn naam. Die figuur ontstaat overigens door de ligging van de vaatbundels.

De bladveren kunnen wel een meter hoog worden.

De sporenhoopjes  zitten langs de bladrand en zijn door de omgeslagen rand bedekt. De sporen zijn rijp in juli of augustus.

Deze varen wordt voornamelijk aangetroffen in bossen op zandgrond, maar de soort groeit ook op open plekken.

De adelaarsvaren houdt niet van heel vochtige grond en kalk.