Zebramangoeste ( Mungos mungo )

 

De naam dankt het dier aan de heldere gestreepte tekening op de rug.

Het dier komt voor op de Afrikaanse savanne.

De zebramangoeste is een stevige mangoeste met een grote kop, kleine oren, korte, gespierde poten en een lange staart, bijna net zo lang als de rest van het lichaam.

Dieren in vochtigere streken zijn groter en donkerder dan dieren in drogere streken.

Het achterlijf is hoger en ronder dan de borst.

De ruwe vacht is grijsbruin van kleur.

Over de rug en achterlijf lopen donkerbruine tot zwarte, verticale strepen.

De ledematen zijn (voornamelijk aan het onderste gedeelte) donkerder van kleur, evenals de snuit.

De onderzijde is veel lichter van kleur.

Aan de poten zitten lange klauwen, waarmee het dier in de bodem kan graven.

De staart is aan de basis breed, en loopt af naar een dunne, zwarte staartpunt.

 

Een volwassen dier wordt 55 tot 60 centimeter lang en 1,5 tot 2,25 kilogram zwaar.

De staart is 15 tot 30 centimeter lang.

 

De zebramangoeste komt voor in open savannen, licht beboste streken en graslanden, voornamelijk in de buurt van water maar ook in droog doornig struikgewas.

De soort is vooral algemeen in gebieden met veel termietenheuvels, die dienen als verblijfplaats.

De zebramangoeste komt voor in een groot gedeelte van Oost, Zuidoost- en Zuidcentraal-Afrika.

Ook heeft hij zich weten te verspreiden naar de noordelijke savannen tot in West-Afrika.

Hijheeft weten te profiteren van de komst van landbouwgebieden.

 

De zebramangoeste is overdag actief, maar bij extreme hitte alleen 's ochtends en 's avonds.

Het is een groepsdier, die in stabiele familiegroepen van ongeveer 30 soortgenoten bij elkaar leeft.

Als een groep meer dan 40 dieren bevat, zal hij meestal gaan opsplitsen in twee kleinere groepen van 15 tot 20 dieren.

Leden van een groep kunnen elkaar herkennen aan een gezamenlijke groepsgeur.

Ze gebruiken verlaten termietenheuvels als hun dagelijks verblijf.

De heuvels, die een grootte hebben van ongeveer 1 m³, worden door de mangoesten ingericht met allerlei vertrekken. Het territorium kan vrij groot worden, tot 130 hectare.

Het wordt afgebakend met geurvlaggen.

Vooral hooggeplaatste mannetjes markeren het territorium regelmatig.

Opvallende plaatsen in het territorium, waaronder termietenheuvels, stenen en boomstronken, worden dagelijks gemarkeerd.

 

Het voedsel bestaat hoofdzakelijk uit ongewervelden als insecten en duizendpoten, hagedissen, slangen, kikkers en ook vaak muizen.

Veel van zijn voedsel graaft hij op met de scherpe klauwen.

Soms eet hij ook plantenwortels en vruchten.

Een geliefd tussendoortje is een vogelei.

Deze worden met de voorpoten uit een nest geroofd en vervolgens tussen de achterpoten weggesleurd.

De zebramangoeste foerageert meestal in kleine, losse subgroepjes.

Tijdens het foerageren staat de zebramangoeste geregeld op zijn achterpoten om de omgeving te verkennen. Hij houdt contact met de andere groepsleden met een grote verscheidenheid aan geluiden.