Chinese muntjak ( Muntiacus reevesi )
Chinese Muntjaks zijn hertachtigen die voorkomen in zuidoost China en Taiwan.
Met een schouderhoogte van niet meer dan 45 cm is het een erg kleine soort.
Mannetjes en vrouwtjes zijn van elkaar te onderscheiden door hun grootte, waarbij de man een stuk groter is.
Daarnaast heeft het mannetje een kort gewei en langere snijtanden die soms zelfs te zien zijn als het dier zijn bek dicht heeft.
Muntjaks eten het liefst bamboe, zaden, bladeren en fruit zoals de meeste hertachtigen.
In tegenstelling tot meeste andere herten zijn muntjaks echter omnivoren en eten in het wild ook vaak eieren en vlees van dode dieren.
Er wordt zelfs gezegd dat deze dieren kunnen jagen op kleine vogels en zoogdieren.
Deze dieren zijn solitair en territoriaal en met name actief in de ochtend en avond.
Mannetjes verdedigen hun territorium door middel van de lange snijtanden die ze hebben en door te ‘sparren’ met hun gewei wanneer ze andere mannetjes tegenkomen.
Om makkelijk door hun leefgebied te kunnen reizen houden deze dieren vaak vaste sporen aan.
Omdat hij zo schattig is, werd hij in Engeland vaak als huisdier gehouden op landgoederen en in parkjes.
Ontsnapte en uitgezette dieren wisten zich er voort te planten en ondertussen leven er meer dan 100.000 wilde exemplaren in Engeland. Resultaat: zeker waar ze in grote dichtheden leven, berokkenen ze enorme schade aan lokale ecosystemen.
De muntjak staat sinds 2016 op de Europese lijst van zorgwekkende invasieve, uitheemse soorten.