Meeldauwlieveheersbeestje ( Halyzia sedecimguttata )
Halsschild en dekschild grotendeels (bleek)oranje met op elk dekschild acht ronde of ovale lichte vlekken.
Heeft een brede doorzichtige rand aan het halsschild, waar doorheen de ogen zichtbaar zijn.
De dekschilden lopen aan de zijkanten breed uit en zijn aan de randen doorzichtig.
Biotoop bestaat uit loofbomen, onder andere veel op esdoorn en es, en te vinden in bossen, parken en tuinen.
Het gehele jaar te vinden.
Het meest algemeen in het zomerhalfjaar maar overwinteraars worden opvallend veel gevonden in de winterperiode achter en tussen schors van bomen.
Net als het zestienstippelig lieveheersbeestje en het citroenlieveheersbeestje leeft ze niet van bladluizen maar van meeldauw.